Harr! Ik ben de kapitein van deze stoere schuit.
Mijn pluchen papegaai en ik, wij trekken eropuit.
Mijn zwaard is dan van plastic en ik heb geen houten been,
toch lijk ik met dit lapje voor mijn oog onwijs gemeen.
Een zwarte vlag met doodshoofd wappert aan mijn ledikant.
Vanmiddag zet ik koers naar een met goud beladen strand.
Maar wacht eens, uit de keuken klinkt een échte storm op zee,
waar boordkanonnen bulderen, steeds harder met z’n twee.
Ach, wás ik maar een kapitein, dan zou dit niet lang duren
en gaf ik per direct mijn orders voor een staakt-het-vuren.